De Nederlandse danssector is keihard getroffen maar allesbehalve zielig! Dansondernemers zijn klaar om de 1,4 miljoen dansende Nederlanders weer te verwelkomen op de dansvloer. Hiervoor stelden zij het basisprotocol dans op, dat in ontvangst is genomen door Tweede Kamerlid Niels van den Berge van GroenLinks en door Cultuurminister Van Engelshoven. Dansers, dansdocenten en vakopleidingen staan te trappelen om te beginnen: schiet het al op in Den Haag?

Samen dansen op afstand

Het Binnenhof kleurde op 11 mei wit met oranje, Maia Jadue en Noa Siluvangi van De Dutch Don’t Dance Division maakten duidelijk dat dansen op 1,5 meter afstand prima kan en nog steeds veel plezier geeft. Via de balletbarre nam Tweede Kamerlid Niels van den Berge van GroenLinks het protocol met 1,5 meter afstand in ontvangst. ‘Goed om te zien dat jullie zelf nadenken als danssector. Wij zetten ons ervoor in dat jullie snel weer open kunnen en dat er tot die tijd een goed vangnet is. Als beheerder van de portefeuille Kunst en Cultuur heb ik een warm hart voor dans. Ik werkte in Betlehem in een vluchtelingenkamp,natuurlijk spreek ik geen Arabisch maar door hun dans te dansen gaf dit wel een gevoel van samenzijn. Juist dans werkt hierin zo verbindend.’

Cultuurminister Van Engelshoven

Na het optreden op het Binnenhof zijn de ministeries van OC&W, VWS en SZW bezocht waar de ministers de protocollen in ontvangst hebben genomen. Van Engelshoven benadrukt de pro-activiteit van de danssector: ‘Fijn dat jullie met een protocol komen. We gaan ervoor zorgen dat Nederland zo snel mogelijk weer de dansvloer op kan. De kinderen kunnen waarschijnlijk eerst.’ aldus de druk bezette minister.

Dansen op school

De kinderen op de basisschool zijn weer begonnen. Zij mogen gelukkig alweer dansen met de eigen leerkracht. Een logisch gevolg is dat de vakdocenten dans weer op de scholen aan de slag kunnen én dat de kinderen ook spoedig weer naar hun eigen dansschool mogen.

Foto: Phil Nijhuis, Het duet ‘Dance of the Blessed Spirits’, een chorografie van Thom Stuart. Gedanst door Maria Jadue en Noa Siluvangi van het Haagse dansgezelschap De Dutch Don’t Dance Division. Muziek: CW Gluck.